Deze website maakt gebruik van cookies. Essentiële en functionele cookies zijn noodzakelijk voor de goede werking van de website en kunnen niet worden geweigerd. Andere cookies worden gebruikt voor statistische doeleinden (analysecookies) en worden alleen geplaatst als u met de plaatsing ervan instemt. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie.

28/08/2025

Willem van de Voorde – een moedige diplomaat die langetermijnbelangen verdedigt in een steeds meer competitieve wereld

Wat is jouw parcours ?

Ik heb rechten en filosofie in UFSAL (Brussel) gestudeerd, mijn licentie rechten heb ik in Leuven gedaan en dan ben ik vertrokken naar Londen (LSE) voor een Master of Laws. Maar ik heb nooit als jurist gewerkt omdat ik al jarenlang wist dat ik diplomaat wilde worden. Tijdens mijn legerdienst als reserveofficier in Keulen heb ik dus mijn diplomatiek examen voorbereid.

Na mijn diplomatieke stage vroeg ik om voor mijn eerste post in onze ambassade bij de EU in Brussel te kunnen werken omdat mijn echtgenote nog bezig was met haar specialisatie in de orthodontie. Dat was een prachtige eerste kennismaking met de diplomatie; ik kon onmogelijk vermoeden dat ik daar 30 jaar later nog zou terugkeren. Vervolgens kwam ik in een totaal andere wereld terecht want ik werd gedurende 6 jaar aangesteld tot secretaris van Koningin Paola, ook een fijne en unieke ervaring.

In 2000 kwam mijn eerste buitenlandse post, in Berlijn. Het was een ongelooflijk interessante periode omdat dit het eerste jaar was dat de Duitse hoofdstad terug naar Berlijn was verplaatst. De stad was nog in volle opbouw en het was een nieuwe omgeving voor iedereen, voor de buitenlanders maar ook voor de Duitsers die uit Bonn kwamen en die er net als wij hun weg moesten vinden. Wij zijn daar 4 jaar gebleven. Mijn echtgenote, die Duits sprak, kon er ook 2 dagen per week werken maar met onze 4 jonge kinderen had ze er haar handen vol.

In 2004 werd ik adjunct-posthoofd in Tokio, ook een intense en veel voldoening gevende post.

In 2008 kwam ik terug naar Brussel, in de afdeling Europese zaken, waar ik als adjunct van de dfirecteur-generaal druk bezig was met de voorbereiding van ons EU- voorzitterschap in 2010. Nadien vervoegde ik gedurende iets meer dan 3 jaar de kabinetten van de ministers Steven Vanackere en van Didier Reynders waar ik hun Europees beleid coördineerde.

In 2014 kreeg ik mijn eerste post als ambassadeur, in Wenen. Dat was een hele uitdaging omdat ik vanuit die stad ons land vertegenwoordigde in Oostenrijk, maar ook in Bosnië-Hercegovina, Slowakije, Slovenië en bij UNO-instellingen die hun zetel in Wenen hebben. In 2018 verhuisde ik naar Berlijn als ambassadeur, een erg boeiend een groot land, dat ik al eerder had leren kennen. Begin 2020 stond er weer een verhuis voor de deur en wel terug naar de Europese Unie, waar ik Belgisch permanent vertegenwoordiger werd en er verbleef tot november vorig jaar. Toen was de tijd gekomen om zoals onze interne regels het vragen, even terug te keren naar het Hoofdbestuur in Brussel, waar ik dan aangesteld werd als Speciaal gezant voor klimaat en milieu, om op horizontale manier de stem van België te vertegenwoordigen op de zeer talrijke diplomatieke fora die zich met klimaat en leefmilieu bezig houden.

Wat is de rol van een diplomaat in een geconnecteerde wereld ?

Diplomatieke functies zijn heel gevarieerd. Zeer algemeen gesteld beheren en ontwikkelen diplomaten relaties met andere landen. Wij zijn er om ons land, onze regering, onze bedrijven te promoten en te informeren, en om onze in het buitenland levende of reizende landgenoten te helpen indien nodig.

In de wereld van vandaag is het natuurlijk veel gemakkelijker geworden dan vroeger om contacten te leggen maar de wereld is ook groter geworden en veel meer competitief. In veel landen is de welvaart enorm toegenomen – gelukkig maar! - en eisen hun bewoners een plaats op in de internationale handel, in internationale organisaties. Waar vroeger maar een klein aantal rijke, Westerse landen overal de lakens uitdeelden, is er nu een grote verscheidenheid van spelers gekomen, op alle vlakken: handel, de strijd tegen milieuvervuiling en klimaatopwarming, energiebeheer, internationale samenwerking, onderwijs, grondstoffenontginning, voedselproductie, consumptiegoederen enz… : dit creëert een erg competitieve omgeving, waarin goede afspraken en nauwe samenwerking alsmaar belangrijker worden. Vaak loopt het mis, zoals verschillende gewelddadige conflicten helaas aantonen. Er is dus veel personeel nodig om een vlotte en faire samenwerking te organiseren en om de juiste regels te maken en die governance te beheren.

De laatste jaren zijn er grote verschuivingen aan de gang zoals de alsmaar versnellende klimaatopwarming, de overgang naar meer duurzame energiebronnen, de toegenomen aandacht voor toegang tot energie en grondstoffen; dit alles uit zich dan ook op de internationale diplomatieke en politieke scène, waar oude machtsverhoudingen onder druk komen te staan.

Wat is jouw beste carrière-ervaring tot nu toe ? 

Ik heb er veel gehad, maar ik kan zonder twijfel zeggen dat de meest intense en relevante ervaring het Europees voorzitterschap in 2024 was. België zat in de cockpit van de EU, aan het einde van de legislatuur wanneer altijd veel wetgeving nog wacht op goedkeuring, met de Europese verkiezingen die georganiseerd moesten worden, de voortdurende oorlog in Oekraïne, de energiecrisis. Het hele team van de Permanente Vertegenwoordiging, en ook vele anderen in ons overheidsapparaat, hebben zich toen formidabel ingezet, en met positief resultaat. Ik heb het gevoel dat België echt toegevoegde waarde heeft kunnen brengen aan de Europese constructie.

Hoe ben jij speciaal gezant voor klimaat en milieu geworden ? 

In het kader van de regelmatige rotatie van diplomaten, was het aan mijn beurt om naar het Hoofdbestuur in de Karmelietenstraat bij de Zavel terug te keren. Ik kreeg de kans deze functie te kiezen en dacht dat het een erg actuele en relevante problematiek was waaraan ook veel internationale onderhandelingsprocessen en diplomatieke dimensies verbonden zijn. De thematiek is ook uitdagend omdat er twee contradictorische fenomenen in samenkomen. De effecten van de globale verwarming, die alsmaar sneller verloopt, zijn nu duidelijk voor iedereen en zijn wetenschappelijk bewezen. België heeft veel gereputeerde klimatologen, en één van hen, Professor Jean-Pascal van Ypersele, was bijvoorbeeld vicevoorzitter van het IPCC, het Intergovernmental Panel on Climate Change van de UNO. Maar tegelijkertijd is er veel weerstand in de maatschappij om de effecten te temperen of om de redenen van de opwarming - in essentie de verbranding van fossiele brandstoffen – weg te werken. En dat komt omdat het een gedragswijziging vraagt. De kosten van de nodige investeringen voor de maatschappij in haar geheel, voor bedrijven, voor de particulieren zijn enorm en moeten nu gemaakt worden maar de effecten zullen pas later komen. Ook heeft de Westerse wereld een historische verantwoordelijkheid tegenover de armere landen, maar deze zullen van hun kant ook moeten aanvaarden dat hun eigen industrialisering, die na de onze gekomen is, op een meer duurzame basis zal moeten verlopen. Een transitieperiode is altijd moeilijk. Het is belangrijk om de koers te blijven aanhouden en om hierover helder en regelmatig te communiceren zodat onze politieke actie voldoende draagvlak krijgt. Daaraan probeer ik dus ook bij te dragen.

Is het feit dat u lid van de adel bent, een voordeel of niet ?

In België of in EU-kringen speelt dit minder een rol. Sommigen kijken er zelfs met een zeker scepticisme of een kritische blik naar. Maar in het buitenland, bijvoorbeeld tijdens mijn verblijven in Oostenrijk, Japan of Duitsland, had ik de vaak indruk dat dit als iets positiefs werd ervaren omdat het een uiting van traditie en excellentie in ons land toont die in het diplomatiek milieu gewaardeerd wordt en die die vaak deuren opent.

Welke boodschap zou u willen geven voor onze leden, meer specifiek voor de jongeren ? 

Ik heb 3 boodschappen :

1. De wereld is erg complex en geconnecteerd maar diplomatie blijft heel relevant omdat vreedzaam samenleven op aarde vraagt dat regels uitgewerkt worden. Naar vrede streven in het Midden-Oosten of in Oekraïne, het gezamenlijk beheer van de oceanen organiseren, of afspraken maken om plastiekvervuiling tegen te gaan zijn maar enkele recente voorbeelden. België heeft veel nuttige ervaring en expertise aan te bieden in veel van dit soort onderhandelingen en moet dus verder investeren in aandacht en middelen om volop betrokken te blijven in dit zeer competitieve landschap.

2. De klimaatverandering en de globale opwarming beheersen, de vervuiling verminderen en de biodiversiteit beschermen moeten op de hoogste plaats in onze agenda’s blijven. Volgens de UNO is dit - terecht - een existentiële problematiek die wij alleen maar samen kunnen aanpakken. Het zal ons helpen op lange termijn.

3. Wij hebben nood aan moed en doorzetting om van onze wereld een betere plaats te maken. Ik denk dan af en toe aan een mooie uitspraak die vaak aan Willem van Oranje wordt toegeschreven: Point n'est besoin d'espérer pour entreprendre, ni de réussir pour persévérer…


Propos recueillis par Catherine de Dorlodot